Draaiduizeligheid
De dokter heeft BPPD bij mij gediagnosticeerd, wat houdt dit in?
Benigne paroxysmale positieduizeligheid (BPPD), kenmerkt zich door typische draaiduizeligheid waarbij mensen het idee hebben dat zij zelf of de dingen om hen heen draaien. Hierbij kan een onwel gevoel optreden met misselijkheid en braakneiging. De klachten treden meestal op bij plotselinge standsveranderingen van het hoofd, denk hierbij bijvoorbeeld aan het overeind komen uit een stoel of bed.
Wat is het?
Benigne betekent ‘goedaardig/ ongevaarlijk’ en paroxysmaal staat voor ‘ïn aanvallen optredend’. Patiënten met BPPD hebben dus klachten van een in aanvallen optredende, positie-afhankelijke duizeligheid. BPPD komt relatief veel voor en is over het algemeen goed te behandelen.
Hoe lang duren de klachten?
Tijdens een aanval houden de klachten gewoonlijk niet langer dan een aantal seconden tot één minuut aan. In zijn geheel duurt het herstel meestal een week of vier maar er zijn een aantal factoren die er voor kunnen zorgen dat dit langer, of juist korter duurt.
Wat is de oorzaak?
BPPD wordt veroorzaakt door een stoornis van het evenwichtsorgaan in het binnenoor. In het evenwichtsorgaan bevinden zich kristallen. Deze kristallen bewegen normaal gesproken mee met de bewegingsrichting van het hoofd maar bij patiënten met BPPD zijn een aantal van deze kristallen losgeraakt. Wanneer nu het hoofd bewogen wordt gaan de losgeraakte kristallen rond dwarrelen en dit veroorzaakt een verstoord signaal waardoor de draaiduizeligheid ontstaat.
Het loslaten van de kristallen treedt vaak spontaan op, zonder dat er sprake is van een aanwijsbare onderliggende oorzaak. Soms is er sprake van een voorafgaand hoofdtrauma, een (chronische) oorontsteking of een periode van bedlegerigheid. BPPD komt vooral voor bij mensen ouder dan vijftig jaar.
Hoe wordt de diagnose gesteld?
De diagnose wordt gesteld in de spreekkamer aan de hand van de klachten en de bevindingen bij lichamelijk onderzoek. Waarschijnlijk zal uw neuroloog de duizeligheid proberen op te wekken (provocatietest). Meestal is de diagnose snel duidelijk en is verder aanvullend onderzoek niet nodig.
Wat kun je eraan doen?
BPPD is over het algemeen goed te behandelen. Uw neuroloog kan een zogenaamde kiep-oefening (Epley-manoeuvre) uitvoeren. De duizeligheid kan ook verminderen of verdwijnen door de hoofdbewegingen die de klachten oproepen een aantal malen te herhalen. Hieronder ziet u een voorbeeld van de huiswerkoefening.